![]() |
Een parkeertelling van enige omvang vereist veel voorbereiding. In mei 2010 heb ik een onderzoek gedaan in Amsterdam naar het halteer-en parkeergedrag van Touringcars. Het ging om 60 plaatsen voornamelijk in het centrum. Je meet op drukke tijden. Dit betekent soms van 7.00 tot 21 uur. Soms van 10.00 tot 13.00 en dan ‘s avonds weer. Op deze manier zijn ca 3000 voertuigen geregistreerd in 2 dagen.
We registreerden wat er op de haltes en 100 meter daarvoor en daarna gebeurde. Welke parkeerplaatsen zijn veel bezet? Zijn dit touringcarbussen of fout-parkeerders? Wat doen de bussen als de halte vol is? Uit welke landen komen de bussen en wat is het Kenteken? Hoe lang staan voertuigen geparkeerd en waarom? We hebben 75 veldwerkers ingezet. Dit was voldoende. Mijn tips voor collega onderzoekers:
- Bezoek vooraf elke halte:Wees niet verbaasd als een halte (tijdelijk) niet toegankelijk is ook al staat hij wel aangegeven op een kaart.
- Maak een foto van de halteplek voor de veldwerker: Soms is een halte namelijk niet goed te zien.
- Regel extra bezetting op drukke haltes: Maak vooraf duidelijke afspraken over het registratieformulier (wie noteert welk deel van de halte?).
- Noteer altijd kentekens: Ook al zou je het niet gebruiken voor het onderzoek. Het is ook nodig voor de veldwerker zodat tijdens de meting geen bussen ‘door elkaar worden gehaald’ of dubbeltellingen plaatsvinden. (Dubbeltellingen herken je snel in je dataset aan het kenteken).
- Gebruik 2 aparte formulieren : 1 voor de haltesituatie (Als halte vol is:waardoor? wat voor auto’s en/of goederen? hoelang stopt men?) en 1 voor parkeergedrag (wat voor voertuig? hoelang stopt men? waarom?).
- Onderschat het afrondende datasetwerk niet. Voordat je de data goed kunt interpreteren zul je een paar dagen bezig zijn om data te controleren, analyses te draaien en verklaringen vinden voor inconsistenties. Hiervoor heb je informatie nodig van de veldwerksupervisor.